Nieuwsbrief Gerard Doustraat Pesach 5770

Reb Levi Jitschak van Berditsjev zei een keer dat het woord שחרית op een bijzondere manier in de hagode voorkomt. We vinden dit woord namelijk bij de vier zonen van de seider. De sjien en de joed komen vande sje-eno jodea lisj-ol de chet van de chacham de resj vande rasja en de tav op het einde van de tam.

Wat leert dat ons? Wij hebben het ieder jaar weer over die vier zonen. Die vier zonen komen altijd weer terug. Maar moeten we die vier zonen altijd ergens anders zoeken? Wij allemaal heben wel eens een moment waarop we de chacham zijn . Maar op een ander moment zijn we slecht, dan zijn we als een rasja. En hoe vaak refelcteren we niet op momenten die al geweest zijn en denken dan, ik had slimmer moeten zijn, waarom heb ik niet dat en dat gevraagd. Zolang we dat maar bij onszelf realiseren dan is er sjacharis dan is er hoop. Iemand die beseft dat hij verschillende momenten meemaakt die reflecteert en die maakt ook weer goede momenten mee. Hetzelfde geldt ook voor onszelf als volk. Wij komen die verschillende momenten ook als volk tegen in onze geschiedenis. Dat is iets wat altijd doorgaat. Eens zal er een moment komen, hopelijk spoedig, dat die cyclus overgaat in de dageraad in de ochtend. De nieuwe ochtend voor de gehele mensheid als de masjiach er zal zijn.

Hetzelfde geldt ook voor onze gemeenschap. We zijn allemaal verschillend, we maken alemaal wisselende momenten mee. De ene keer beter de andere keer wat minder. Laten we er voor gaan om met zijn allen steeds voort te bouwen aan de sjachar, aan de ochtend, toekomst van onze gemeenschap.

U allen een fijne en kosjere jom tov toewensend

Rabbijn S. Katz